Raapwerk staat voor het vlak en strak maken van ruwe (gemetselde) wanden en plafonds met
behulp van een betrekkelijk dikke laag gipsmortel. Een raapwerklaag is tussen 7 milimeter
en 5 centimeter dik. Bij dunnere lagen wordt gesproken van
pleisterwerk.
Met raapwerk is het mogelijk om scheve muren of plafonds weer recht te maken door bepaalde
delen dikker of juist dunner te "rapen". Raapwerk kan ook worden toegepast op rondingen zoals
bij openhaarden en trapwrongen. Daarnaast kunnen in raapwerk togen en andere ronde profielen
worden verwerkt.
Raapwerk levert een gladde ondergrond voor vrijwel alles: sierpleister (spachtelputz), verf,
sausen, behangen, etc. De mate van gladheid is naar keuze. Ook een zeer gladde afwerking is
mogelijk.
Een belangrijke eigenschap van gips is dat het vochtregulerend werkt: het is in staat om
vocht op te nemen en het opgenomen vocht weer af te staan. Raapwerk is mede vanwege zijn
dikte ideaal voor de afwerking van vochtige ruimtes zoals badkamers en kelders. Daarnaast
werkt gips brandvertragend. Doordat raapwerk naadloos wordt aangebracht, zijn er ook geen
kieren waar vuur doorheen kan komen.
Wat is gips eigenlijk?
Voorbeelden van hoe raapwerk een ruimte onherkenbaar kan veranderen treft u aan in het
fotodossier raapwerk (12 foto's).
Er zijn 6 antwoorden op vaak gestelde vragen over raapwerk.
Prijsbenadering/offerte aanvragen